
Commerciële partijen met “dé beste oplossing” tegen schijnzelfstandigheid
Nu er nadrukkelijker wordt gehandhaafd ter voorkoming van schijnzelfstandigheid, zien we steeds meer uitzendorganisaties/detacheringsbureaus en andere bedrijven inspelen op deze onzekerheid. We krijgen dan ook steeds meer de vraag wat deze partijen kunnen betekenen. Bieden zij oplossingen of zijn het experimentele plannen die commercieel interessant lijken, maar waar terughoudendheid geboden is? Een silver bullet? Ik denk van niet. In dit artikel bespreek ik enkele belangrijke aandachtspunten bij bemiddeling of tussenkomst als oplossing.
Een detacheringsbureau die tussen de opdrachtgever en opdrachtnemer staat, wordt vaak gezien als een mogelijke oplossing voor schijnzelfstandigheid.
Er zijn twee manieren waarop een zzp’er via een intermediair ingezet kan worden:
- Bemiddeling: Het detacheringsbureau brengt de opdrachtgever en de zzp’er met elkaar in contact, maar speelt geen rol bij de uitvoering van de opdracht.
- Tussenkomst: Het detacheringsbureau neemt de opdracht aan en zet de zzp’er in voor de uitvoering.
Bemiddeling
Bij bemiddeling blijft de zzp’er zelfstandig en maakt hij of zij zelf afspraken met de opdrachtgever over de uit te voeren werkzaamheden. Deze afspraken worden vastgelegd in een overeenkomst van opdracht. Het detacheringsbureau ontvangt in dit geval alleen een bemiddelingsfee en kan administratieve taken, zoals facturatie, overnemen. Omdat de zzp’er de dienst rechtstreeks aan de opdrachtgever levert, blijft de overeenkomst tussen deze twee partijen van kracht. Je kunt werken op basis van goedgekeurde modelovereenkomsten die specifiek voor de sector zijn opgesteld. Alleen als bij controle blijkt dat er feitelijk niet volgens de modelovereenkomst wordt gewerkt, kan de opdrachtgever verantwoordelijk worden gehouden.
Bij deze constructie is er geen extra bescherming tegen de risico’s van schijnzelfstandigheid voor zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers.
Overeenkomst van tussenkomst
Bij tussenkomst neemt het detacheringsbureau zelf de opdracht aan van de opdrachtgever en schakelt zzp’ers in voor de uitvoering. In dit geval wordt een overeenkomst van opdracht gesloten tussen de opdrachtgever en het detacheringsbureau. Daarnaast wordt een overeenkomst van tussenkomst opgesteld tussen het detacheringsbureau en de zzp’er, die moet voldoen aan de door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomsten.
Als het detacheringsbureau en de opdrachtgever zich niet inhoudelijk bemoeien met de uitvoering van de werkzaamheden, is er meestal geen sprake van een arbeidsovereenkomst. Maar, als bij controle blijkt dat de feitelijke werksituatie toch wijst op een dienstverband, ligt de aansprakelijkheid bij het detacheringsbureau. Bovendien moet de opdrachtnemer in voldoende mate als ondernemer werkzaam zijn om een fictieve dienstbetrekking voor de belastingwet te voorkomen.
Voor opdrachtgevers kan deze constructie aantrekkelijk lijken, omdat zij hiermee van bepaalde risico’s worden ontlast. Toch voegt de tussenkomst weinig toe, aangezien er voor medische beroepsbeoefenaars al goedgekeurde overeenkomsten van opdracht bestaan die dezelfde of zelfs meer bescherming bieden, mits er strikt volgens de overeenkomst wordt gewerkt. Voor de zzp’er maakt het bovendien weinig verschil of de overeenkomst van opdracht met de opdrachtgever of het detacheringsbureau wordt gesloten.
Een bv als oplossing?
Sommige partijen bieden de oprichting van een bv aan als oplossing voor schijnzelfstandigheid. In theorie zou dit betekenen dat je als DGA (directeur-grootaandeelhouder) geen risico loopt op schijnzelfstandigheid. In de praktijk werkt dit echter niet altijd. De Belastingdienst heeft hierover al juridische procedures gewonnen (en verloren).
Naast weinig extra juridische zekerheid lijkt werken via een bv financieel vaak ook niet interessant. Een bv is meestal duurder door de uitvoeringskosten en de DGA is daarnaast verplicht om een gebruikelijk loon uit te keren, dat vaak gelijk is aan het salaris van collega’s in loondienst. Bovendien vervallen belangrijke fiscale voordelen voor zelfstandigen, zoals de zelfstandigenaftrek en de mkb-winstvrijstelling. Hierdoor betaal je uiteindelijk grotendeels hetzelfde als iemand in loondienst, zonder de voordelen van ondernemerschap. De vraag is dan ook of deze constructie wel echt voordelen biedt.
Wat moet je dan wel doen?
Met de hervatting van de handhaving op de Wet DBA is het belangrijk om kritisch te kijken naar de constructies die worden aangeboden om schijnzelfstandigheid te voorkomen. Bemiddeling biedt geen volledige bescherming, voor tussenkomst geldt het zelfde en een bv-constructie lost het probleem ook niet op.
Wij proberen met je mee te denken over echte oplossingen, waarbij je je ondernemerschap vergroot, en je werkende leven interessanter en waardevoller maakt. Het is belangrijk om kritisch te kijken naar de manier van werken voor lange termijn. Als je wilt kijken wij met je mee middels échte hulp bij opdrachtgeven!