Beleggen in de BV of in privé?
In BV’s blijft vaak geld achter. Meestal staat dit dan op een betaal- of spaarrekening. Met de huidige rentestand wordt er dan vrijwel geen rendement gemaakt. Dat roept de vraag op of het niet beter is dat de BV dit geld gebruikt om mee te beleggen. Geregeld krijgen wij dan ook de vraag van DGA’s of het verstandig is om te beleggen binnen de eigen BV of juist in privé
Om deze vraag goed te kunnen beantwoorden moet eerst worden gekeken welk rendement verwacht mag worden zou de BV gaan beleggen.
Wat is het te verwachten rendement
Beleggen binnen een bepaald risicoprofiel gaat gepaard met een verwacht rendement. Wij gaan uit van een langetermijnverwachting van 10-15 jaar. Wij maken daarbij gebruik van de Long-Term Capital Market Assumptions (LTCMA) van 1 januari 2022 van J.P. Morgan Asset Management.
Het verwachte rendement binnen het risicoprofiel is afhankelijk van de beleggingscategorieën waarin belegd wordt. In ons voorbeeld gaan wij uit van een belegging in Europese obligaties (Euro Aggregate Bonds) en wereldwijde aandelen (All Country World Equity).
Wij gaan daarbij uit van de volgende langetermijnverwachtingen (10-15 jaar):
Contant geld | 0,10% |
---|---|
Zeer defensief risicoprofiel (80% obligaties / 20% aandelen) | 1,93% |
Defensief risicoprofiel (60% obligaties / 40% aandelen) | 2,59% |
Neutraal risicoprofiel (40% obligaties / 60% aandelen) | 3,25% |
Offensief risicoprofiel (20% obligaties / 80% aandelen) | 3,91% |
Zeer offensief risicoprofiel (100% aandelen) | 4,57% |
Beleggen in privé of binnen de BV?
Indien de keuze is gemaakt om te gaan beleggen, heeft de DGA in principe de volgende drie opties:
- beleggen binnen de BV;
- dividend uitkeren en daarna sparen/beleggen in privé;
- lenen van de BV, sparen/beleggen in privé.
Welke optie interessant is, is met name een fiscaal vraagstuk.
Beleggen binnen de BV
Bij sparen en beleggen binnen de BV wordt alleen het werkelijke rendement belast.
Indien de BV de beleggingswinsten niet uitkeert, dan is er alleen vennootschapsbelasting verschuldigd en bedraagt het VPB-tarief 15% (2022) bij een winst tot € 395.000,- en 25,8% vanaf € 395.000- (2021). In dat geval is het bij het lage VPB-tarief van 15% voor alle risicoprofielen voordeliger om binnen de BV te beleggen. Voor het hoge VPB-tarief van 25,8% is het voordeliger om de (zeer) offensieve beleggingen in privé aan te houden.
Zou er worden belegd in privé, dan wordt in box 3 het forfaitaire (fictief) rendement belast. De belastingdruk in box 3 varieert in 2021 tussen 0,56% en 1,41%.
Het is derhalve verstandig om te beleggen in de BV indien de belastingdruk van de VPB lager is dan box 3. Zouden we uitgaan van het lage VPB-tarief van 15% en een belastingdruk in box 3 van 1,3%, dan zou bij een rendement van (15% : 1,3% =) 11,54% of meer het interessanter zijn om te gaan beleggen in privé. Zoals u kunt zien worden dergelijke hoge rendementen in geen enkel risicoprofiel verwacht en lijkt beleggen in de BV verstandiger.
Overigens zijn de verwachte rendementen gemiddelde rendementen en zullen in de praktijk bestaan uit hoge, lage en (soms) negatieve rendementen. De indruk zou kunnen bestaan dat het altijd verstandig is om in de BV te beleggen. Dat is echter niet juist, omdat de daadwerkelijke jaarrendementen soms ook boven verwachting kunnen zijn (in ons voorbeeld: meer dan 11,54%), waardoor het wellicht (achteraf bezien) toch verstandig was om in privé te beleggen.
Dividend uitkeren en daarna beleggen in privé
Binnen bovenstaand voorbeeld wordt de winst niet uitgekeerd. Daarmee wordt betaling van inkomstenbelasting in box 2 (aanmerkelijk belang) uitgesteld. Uiteraard zal de winst een keer worden uitgekeerd en dient te worden afgerekend.
De DGA kan ook besluiten om dividend uit te keren en om de uitkering – na 26,9% inkomstenbelasting – in privé te beleggen. De eenmalige belasting neemt echter wel een grote hap uit het te beleggen vermogen en wordt om die reden dan ook niet vaak toegepast.
Daar staat tegenover dat bij een stijging van het belastingtarief (box 2), de DGA moet beslissen of het uitstellen van betaling van deze belasting nog steeds tegen de voordelen van het aanhouden van beleggingen in de BV.
Lenen van de BV en daarna beleggen in privé
In plaats van het doen van een dividenduitkering is het ook mogelijk het te beleggen vermogen ook van de BV naar privé te halen door dit bedrag te lenen van de BV. Daarmee wordt (voor nu) 26,9% inkomstenbelasting bespaard en is er meer geld over om mee te beleggen.
Dit zou bijvoorbeeld overwogen kunnen worden indien de BV belast wordt tegen het hoge VPB-tarief en een hoog beleggingsrendement verwacht (in ons voorbeeld 11,54% of meer). De belastingdruk in box 3 (privé) ligt voor dergelijke beleggingsrendementen dan lager dan binnen de BV.
De lening tussen de BV en de DGA en de overeengekomen rente dienen zakelijk te zijn. De DGA moet in staat zijn om de rente en aflossingen daadwerkelijk te betalen. Daarbij dient de DGA er rekening mee te houden dat de betaalde rente niet aftrekbaar is; wel mag de schuld in box 3 worden opgevoerd ter verlaging van de rendementsgrondslag. Voor de BV is de ontvangen rente belast.
Deze optie lijkt op papier dus interessant. Er zijn echter nog wel een paar kanttekeningen te plaatsen.
- De rente, aflossingen en de belasting over het forfaitaire rendement dienen door de DGA te kunnen worden betaald. Dat betekent concreet dat de DGA in privé deze kosten uit inkomen of privévermogen dient te kunnen (blijven) voldoen, dus ook als het even tegenzit met de beleggingen.
- Er worden begrenzingen aangelegd ten aanzien van lenen van de BV. Uit het concept Wetsvoorstel Excessief lenen bij eigen vennootschap blijkt dat met ingang van 1 januari 2023 het excessief lenen van de BV (lees: meer dan € 700.000) wordt ontmoedigd.
Tot slot
Indien de BV beschikt over vrije middelen, dan is de keuze om hiermee te gaan beleggen snel gemaakt. De verwachting is namelijk dat beleggen op de (middel)lange termijn meer rendement oplevert dan sparen.
Of er dan binnen de BV of privé wordt belegd is een fiscaal gemotiveerde keuze en hangt af van het te verwachten beleggingsrendement, de vermogensbuffer van de DGA in privé en de bereidheid van de DGA om al dan niet mee te werken aan een construct.
De DGA moet er ook rekening mee te houden dat stelsel- en tariefswijzigingen in de nabije toekomst ook van invloed kunnen zijn op deze keuze. Voor de eenvoud zou eerst gekozen kunnen worden om te beleggen binnen de BV en later te beslissen of het handiger is om (een deel van) het vermogen in privé aan te houden.
Meer weten?
Meer weten over de mogelijkheden om te beleggen met de BV? Bekijk dan onze beleggingsoplossingen van OAKK of Impactbeleggen of neem contact op met mij of uw vaste adviseur.